Wat me opviel tijdens het lezen van Walt Disney’s biografie is dat hij altijd direct nieuwe technologieën in de entertainmentwereld uitprobeerde.
Disney hoopte op een first movers’ advantage.
Neem bijvoorbeeld dit citaat over animatie in de jaren twintig:
But to the go-getter in Walt, and to the Disney in him, animation had another appeal. It was a way to make his mark since, unlike newspaper cartooning, animation was something that Walt thought he might do better than anyone else because so few people at the time were doing it and so few people had any expertise in it, and the idea of being the best, the most noted, clearly appealed to him.
Een decennium later met kleurenanimaties, ook al was het veel duurder:
Roy [zijn broer en zakenpartner, EJP] was adamantly opposed and asked others to dissuade Walt, but Walt was not to be dissuaded, arguing that color cartoons would have a longer life than black-and-whites. “I found out the people who live with figures as a rule, it’s postmortem, it’s never ahead, it’s always what happened,” Walt would say dismissively of Roy’s objections. “Well, in my particular end I was always ahead.”
Ook dook Walt Disney meteen op televisie. Ook al was het een gloednieuwe technologie die zich nog moest bewijzen, hij nam het meteen mee in contractonderhandelingen:
Walt Disney had been fascinated by television at least since the mid-1930s, when he had gone to Camden, New Jersey, to see a demonstration of the new medium by RCA head David Sarnoff. When he decided to terminate his distribution agreement with United Artists at the same time and sign instead with RKO, one of the sticking points had been television rights. Walt demanded that the studio retain them. Over the years he had only seemed more prescient, and his interest had only intensified.
Waar andere filmbonzen televisie als bedreiging zagen, bespeurde Disney potentie:
As Walt saw it—and he was largely alone among film executives in this respect—television was not the enemy of the motion picture; it was its ally. It might have the effect of killing off the B-movie, he told The New York Times, but it would help advertise movies, he believed, and he intended to “take full advantage of its potential to create a new motion picture audience and to encourage the fullest box office patronage of our forthcoming pictures.”
Je ziet het resultaat linksboven in het geweldige Disney-model uit 1957 terug:
Een hedendaagse interpretatie
Zoek je naar een hedendaagse interpretatie van Disney’s vaardigheid?
Volg dan Gary Vaynerchuck. Deze mediagoeroe is geobsedeerd door netwerken waar je nog organische groei kunt bereiken. Hij had gelijk over Twitter. Hij had gelijk over Instagram. En over Shopify.
De laatste paar maanden heeft hij het over TikTok. Daarom ben ik daar ook begonnen met het delen van video’s.
Het is nog vroeg op TikTok
Wat TikTok in deze vroege fase heel aantrekkelijk maakt voor nieuwe makers is dat een video uit het niets heel populair kan worden.
Dat komt omdat het algoritme aan elke gebruiker op de ‘For You’-tab videos presenteert die heel goed bij hun individuele smaak past. Daar kan ook een video tussenzitten van iemand met slechts een paar volgers.
Daardoor heeft TikTok in vergelijking met volgers-gedreven netwerken als Instagram een redelijk level playing field.
Zulk organisch bereik vind je op andere netwerken bijna niet meer (naast misschien artikelen op LinkedIn en Reels op Instagram).
Dat wilde ik wel eens ondervinden. Thomas Elias gaf het definitieve zetje in een brainstorm over POM. Daarom ga ik deze zomer fragmenten uit mijn podcasts POM en Jonge Jaren delen op TikTok. Kijken wat er gebeurt. Als het werkt, ga ik ermee door.
Eerste observatie: ik dacht late to the game te zijn, maar ik zie vrijwel geen mensen uit dezelfde bubbel als ik die video’s op TikTok plaatsen (Roel Maalderink als aangename uitzondering). Dus volgens mij is het voor TikTok in Nederland nog steeds vroeg. Gen-Z en jonger zit er, de rest lijkt nog te moeten volgen.